OPMAAT
Eerlijk laten
wij zijn elkaar
vreemd genoeg
benaderbaar.
◄║►
WACHTEN
Gedeeltelijk vervuld
en verloren
armoe
als aanwinst en gebrek
hier spreekt nog steeds
de rede het wachten
om te zeggen dat
het niets is.
◄║►
BETER NOOIT
Alles valt in een
maal niet te vatten
want alles niet bestaat
eenmaal maar eenmaal is
men vatten wel proberen
kan tenzij en zo
schenk ik denkend
deze wijn dat als
alles anders ware
ik wel beter wist.
◄║►
ONDERONSJE
Als men elkaar zo ziet
spreekt elke trek boekdelen bijster
niet te vatten voor wie klapt
de trage maat van vermaak
geluk is niet alles voor wie
alles gaat zijn gang
elkaar omwille van elkaar
verdraagt geen rust men.
◄║►
GELUK
Glimlach zet weten
op loopje gelukkig.
◄║►
IMPRESSIE
Het grote sneeuwen
allengs vergeten
lamme voldoendes
over de daken.
◄║►
LIJDZAAM
Zoals zoveel gaat ook
het jaargetij aan mij voorbij
stilte in vorm van auto
vergt gewenning.
◄║►
STOK
Levende
geef mij bloedeigen daden
en een stok om te slapen
ik popel van vertrek.
◄║►
INVENTARISATIE
Voortgezet gedragen
onvoltooide dracht
zwakker gezag
is niet denkbaar.
◄║►
BEHOEDZAAM
Stiller nu dan lente toestaat
beweeg ik mij
stapvoets
naar een nieuwe beurt.
◄║►
PLEIDOOI
Wat valt van buiten
te berichten
als alle keus is
willekeur.
◄║►
HET BEREIK
Over het onbepaald bereik tussen het pluisje
op de stoelpoot en de spijker in de vloer
valt gelukkig niet te twisten
er is daar al een verkeersplein gepland.
◄║►
WANDELWALSJE
Onderweg
dragen wij
overspoed
overweg
delven wij
onderspit.
◄║►